Actueel


Baumgardt Strafcassatie Advocatuur



We houden u graag op de hoogte over de ontwikkelingen binnen
het straf(cassatie)recht.








Neem vrijblijvend contact op


Zwaar lichamelijk letsel



13 september 2019 - Mishandeling is het opzettelijk en wederrechtelijk toebrengen van pijn of letsel. De maximumstraf voor mishandeling bedraagt 3 jaar (art. 300 lid 2 Sr). Indien niet het opzet bestond zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, maar de mishandeling wel zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heeft, bedraagt de maximumstraf 4 jaar (art. 300 lid 2 Sr). Degene die een ander opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toebrengt is strafbaar op grond van artikel 302 Sr. In dat geval bedraagt de maximumstraf 8 jaar.

De maximumstraf wordt zelden opgelegd. In zogenaamde ‘oriëntatiepunten’ opgesteld door het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS) zijn straffen weergegeven die rechters voor het modale feit (de meest voorkomende verschijningsvorm van het strafbare feit) plegen op te leggen. Zij komen tot stand na een inventarisatie van de praktijk van de straftoemeting en na consultatie van alle gerechten. Uit deze punten blijkt dat voor ‘eenvoudige mishandeling’ meestal een boete pleegt te worden opgelegd, tenzij sprake is van lichamelijk letsel. In deze punten wordt gesteld dat het in art. 300 Sr bedoelde letsel kan worden onderscheiden in beperkt en aanzienlijk lichamelijk letsel. Onder beperkt lichamelijk letsel moet worden begrepen letsel dat bestaat uit één of meer schrammen, schaafwonden, blauwe plekken of bijvoorbeeld ook een tand door de lip of lichte kneuzingen. Deze verwondingen eisen geen medisch ingrijpen. Onder aanzienlijk lichamelijk letsel moet worden begrepen letsel waarvan volledig herstel mogelijk is binnen een periode van zes weken na de mishandeling. Het gaat hier bijvoorbeeld om forse kneuzingen, breuken die zonder een operatie herstellen en te hechten wonden.

In geval van zwaar lichamelijk letsel plegen meestal onvoorwaardelijke gevangenisstraffen te worden opgelegd, zo blijkt uit de oriëntatiepunten.
Volgens jurisprudentie moet onder ‘zwaar lichamelijk letsel’ worden begrepen letsel dat naar gewoon spraakgebruik als zodanig pleegt te worden aangeduid. Dit is dus een wat vage omschrijving. Wel kon de laatste jaren worden geconstateerd dat rechters eerder letsel als ‘zwaar lichamelijk letsel’ aanmerkten dan voorheen. Dit is kennelijk ook de Hoge Raad opgevallen. In een arrest van 3 juli 2018 gaf de Hoge Raad aan dat een veelvoorkomende categorie letsel (bot)fracturen betreft. Indien sprake is van een zodanige fractuur dat operatief ingrijpen van een zekere ernst is vereist, geldt in de regel dat die fractuur, vanwege onder meer de noodzaak en de aard van medisch ingrijpen, zwaar lichamelijk letsel vormt. Ten aanzien van gebitsschade, zoals afgebroken tanden, verdient volgens de Hoge Raad evenwel opmerking dat, nu gebitsschade niet zonder meer kan worden aangemerkt als zwaar lichamelijk letsel, in beginsel nadere specifieke vaststellingen met betrekking tot in het bijzonder de noodzaak en de aard van het medische (tandheelkundige) ingrijpen, noodzakelijk zijn.

Op deze uitspraak is in cassatie een beroep gedaan in een zaak waarin bewezen was verklaard dat een verdachte een ander opzettelijk zwaar lichamelijk letsel heeft toegebracht, te weten een of meer uitgeslagen tand(en).
In zijn conclusie van 10 september 2019 heeft advocaat-generaal mr. Vegter de Hoge Raad geadviseerd de uitspraak van het hof te vernietigen. Naar zijn mening schiet de bewijsvoering ten aanzien van het zwaar lichamelijk letsel inderdaad tekort. De conclusie treft u hieronder aan.

De Hoge Raad verwacht op 29 oktober a.s. uitspraak te doen.







Conclusie






Terug naar overzicht



Plaats een bericht


CAPTCHA Image


Contact


Baumgardt Strafcassatie Advocatuur
Vasteland 78
3011 BN Rotterdam

Telefoon: 010 3100 270
Fax: 010 3100 274

E-mail: info@bacas.nl
E-mail mr. Baumgardt: baumgardt@bacas.nl
E-mail mr. Van Berlo: vanberlo@bacas.nl

KvK: 68913176
BTW: 857644907B01
Bank: NL76ABNA0247440663

Route


Tweets