Actueel


Baumgardt Strafcassatie Advocatuur



We houden u graag op de hoogte over de ontwikkelingen binnen
het straf(cassatie)recht.








Neem vrijblijvend contact op


Betekening dagvaarding



Een strafzaak wordt bij de rechtbank en het hof niet schriftelijk afgehandeld, maar op een zitting afgedaan. Op die zitting zal een verdachte verweer kunnen voeren tegen de beschuldiging. Een verdachte zal niet per brief verweer kunnen voeren. Om er voor te zorgen dat een verdachte ook daadwerkelijk verweer kan voeren, zal de verdachte tijdig van de zitting op de hoogte moeten worden gesteld. Dit gebeurt door het uitreiken van de oproep, dagvaarding, aan de verdachte.

In de wet is voorgeschreven op welke wijze een verdachte van de zitting op de hoogte moet worden gesteld. Allereerst geldt dat indien de verdachte gedetineerd is, de dagvaarding in persoon zal moeten worden uitgereikt. In de overige gevallen zal de dagvaarding naar het adres van de verdachte moeten worden verstuurd. Veel inwoners staan ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP), vroeger wel het GBA genoemd. Indien een verdachte staat ingeschreven, zal getracht moeten worden de dagvaarding daar uit te reiken.

Indien de verdachte niet op de zitting verschijnt, moet de rechter nagaan of de dagvaarding op juiste wijze is uitgereikt. Is dat het geval, dan zal de zitting in beginsel doorgang kunnen vinden. De verdachte kan dan worden veroordeeld. Vanwege het aanwezigheidsrecht en het grote belang van de verdachte om verweer te kunnen voeren, zal de rechter evenwel onder omstandigheden de zitting moeten aanhouden.
Dit laatste is onder meer het geval indien de dagvaarding niet juist is betekend, omdat bijvoorbeeld uit het proces dossier blijkt dat de verdachte mogelijk op een ander adres verblijft dan het adres waar hij ingeschreven staat. Niet altijd woont iemand immers (nog) op het adres waar hij ingeschreven staat. Dit is bijvoorbeeld het geval indien de verdachte bij een eerdere zitting of bij het instellen van hoger beroep een ander adres opgeeft waar de hoger beroep dagvaarding kan worden uitgereikt.

Op 16 april 2015 heeft een verdachte hoger beroep ingesteld tegen een vonnis. In dat vonnis is een adres in Den Haag genoemd als feitelijke verblijfplaats van de verdachte. In de volmacht, waarbij een advocaat de griffier heeft gemachtigd om namens de verdachte hoger beroep in te stellen, is dat adres in Den Haag ook genoemd als het adres waarnaar de dagvaarding naar toe kan worden gezonden. In november 2015 is getracht de dagvaarding uit te reiken op een adres in Rotterdam, waar de verdachte sedert 13 december 2014 stond ingeschreven. Op de zitting in hoger beroep in november 2015 is verdachte niet verschenen en is hij bij verstek veroordeeld.

Tegen de uitspraak is cassatie ingesteld. In cassatie is aangevoerd dat het hof ten onrechte de zitting niet heeft aangehouden teneinde er zorg voor te dragen dat een afschrift van de dagvaarding naar het door de verdachte opgegeven adres in Den Haag wordt verzonden, waarbij verwezen is naar eerdere jurisprudentie van de Hoge Raad. In lijn met deze jurisprudentie heeft de Hoge Raad op 19 december 2017 de uitspraak van het Hof Den Haag vernietigd.

De uitspraak is hier te raadplegen.







Terug naar overzicht



Plaats een bericht


CAPTCHA Image


Contact


Baumgardt Strafcassatie Advocatuur
Vasteland 78
3011 BN Rotterdam

Telefoon: 010 3100 270
Fax: 010 3100 274

E-mail: info@bacas.nl
E-mail mr. Baumgardt: baumgardt@bacas.nl
E-mail mr. Van Berlo: vanberlo@bacas.nl

KvK: 68913176
BTW: 857644907B01
Bank: NL76ABNA0247440663

Route


Tweets